Sluiten

Categorieën

Filters

      ATEX Richtlijnen

      Introductie ATEX richtlijnen & ATEX zones

      Op deze pagina staan wij stil bij de verschillende ATEX richtlijnen en geven wij een eerste introductie over de ATEX zones. Mocht u na het lezen van deze pagina nog vragen hebben? Schroom niet contact op te nemen met één van onze ATEX specialisten voor advies. Wij helpen u graag met onze explosieveilige producten, ATEX inspecties of advies op locatie.

      Introductie ATEX richtlijnen

      In de praktijk wordt de term ATEX vaak gebruikt als synoniem voor twee richtlijnen die organisaties helpen om het risico op explosies te beperken onder atmosferische omstandigheden. Er zijn 2 ATEX richtlijnen van toepassing: ATEX 114 en ATEX 137. Beide richtlijnen op het gebied van explosieveiligheid zullen wij hieronder bespreken.

       

      ATEX 114 (voorheen ATEX95) 

      Apparatuur die na 20 april 2016 op de markt gebracht wordt en bedoeld is voor gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving zal moeten voldoen aan de nieuwe ATEX 114 richtlijn (2014/34/EU). Dit is 'de opvolger' van de ATEX 95 richtlijn. Een voorwaarde is wel dat de betreffende apparatuur onder de richtlijn valt, dit zijn bijvoorbeeld producten, componenten of beveiligingssystemen die een inherente ontstekingsbron hebben, of een veiligheidsfunctie vervullen in het kader van ATEX.

      De ATEX 114 richtlijn geldt voor fabrikanten van apparatuur voor toepassing in explosiegevaarlijke omgevingen. De ATEX 114 richtlijn wordt in Nederland uitgevoerd via het Besluit explosieveilig materieel dat onderdeel is van de wet gevaarlijke werktuigen. Het gaat hier om:

      - Elektrische apparaten en systemen

      - Niet-elektrische, mechanische en pneumatische, en

      - Beveiligingssystemen

       

      Materieelgroepen en categorieën 

      De ATEX 114 richtlijn deelt materieel bedoeld voor explosiegevaarlijke gebieden in in groepen en categorieën. Hierbij wordt gekeken naar het toepassingsgebied en geboden beschermingsniveau.

      De richtlijn kent twee verschillende groepen: Groep I (Mijnbouw) en Groep II (Bovengronds).Apparaten van Groep I: bedoeld voor ondergrondse werkzaamheden in mijnen en voor delen van bovengrondse installaties daarvan, waar ten gevolge van mijngas en/of brandbaar stof, gevaar kan heersen. Apparaten van Groep II: Bedoeld voor omgevingen waar explosiegevaar kan aanwezig zijn of ontstaan, andere dan mijninstallaties.

      Vervolgens wordt onderscheid gemaakt in drie verschillende categorieën die het beveiligingsniveau aangegeven

      • Categorie 1: apparatuur wat veilig is onder normaal bedrijf, te verwachten fouten en onverwachte fouten.
      • Categorie 2: apparatuur wat veilig is onder normaal bedrijf en te verwachten fouten.
      • Categorie 3: apparatuur wat veilig is onder normaal bedrijf.

       

       

      Groep I

      Groep II

      Categorie M1

      Categorie M2

      Categorie 1

      Categorie 2

      Categorie 3

      Beschermingsniveau

      Zeer hoog

      Hoog

      Zeer hoog

      Hoog

      Normaal

      Het beveiligingsniveau bepaalt uiteindelijk in welke ATEX zones een apparaat gebruikt mag worden.

      • Categorie 1 is geschikt voor gebruik in zone 0 (categorie 1G) of zone 20 (categorie 1D).
      • Categorie 2 is geschikt voor gebruik in zone 1 (categorie 2G) of zone 21 (categorie 2D).
      • Categorie 3 is geschikt voor gebruik in zone 2 (categorie 3G) of zone 22 (categorie 3D).

      ATEX Zones

      De waarschijnlijkheid dat een explosie kan ontstaan en voortduren wordt aangeduid middels gevaren zones zoals we hieronder zullen bespreken. De classificering van de zones is gebaseerd op de waarschijnlijkheid dat binnen de betreffende zone ook daadwerkelijk een explosieve atmosfeer aanwezig is. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in een indeling voor gas/damp en stof. De eerst genoemde indeling duiden we met ‘G’ en stof met ‘D’. Binnen elke hoofdcategorie zijn er 3 zones:

       

      ATEX zone 2 en 22

      Voor Atex zone 2 geldt dat de kans op een gasexplosie atmosfeer bij normaal bedrijf gering is en deze atmosfeer slechts zelden en gedurende korte duur bestaat. Volgens NPR7910-1/2 minder dan 0,1% van de bedrijfsduur. Bij Atex zone 22 geldt hetzelfde voor een stofexplosieve atmosfeer. 

       

      ATEX zone 1 en 21

      Voor Atex zone 1 is de kans op een gas explosieve atmosfeer groot. In Atex zone 21 betreft het een stof explosieve atmosfeer. Te denken valt aan gedurende 0,1% tot 10% van de bedrijfsduur.


      ATEX zone 0 en 20

      De ATEX zones 0 en 20 zijn het meest strikt. In Atex zone 0 en zone 20 is een gas respectievelijk stof explosieve atmosfeer continue of gedurende lange perioden aanwezig, te denken valt aan meer dan 10% van de bedrijfsduur.

      In onderstaande tabel vatten we de bovenstaande uiteenzetting van ATEX-zones nogmaals samen.

      GasStofExplosiegevaar aanwezig in % tijd 
      Zone 0Zone 20Meer dan 10%
      Zone 1Zone 210,1% – 10% van de tijd
      Zone 2Zone 22Minder dan 0,1%

       

      Onze zogenaamde "EX producten" voldoen reeds lang aan de eisen van ATEX 95 /114.   Heeft u meer gegevens nodig, neemt u dan a.u.b. contact met ons op.

      ATEX 153 (voorheen 137)

      Dit is de richtlijn "Bescherming van werknemers die door explosieve atmosferen gevaar lopen" (1999/92/EG) en is van toepassing op werkplekken waar mensen werken in een potentieel explosieve omgeving of waar werknemers werken met potentieel explosieve apparaten werken. Deze ATEX richtlijn heeft dus als doel het creëren van een veilige werkomgeving. In Nederland is deze richtlijn verwerkt in de Arbo wetgeving en is dus voor werkgevers niet vrijblijvend.

      ATEX 137 is op 20 april 2016 gewijzigd in ATEX 153. Het nummer van de richtlijn is niet gewijzigd, het betreft nog steeds richtlijn 1999/92/EG. Inhoudelijk zijn er ook geen wijzigingen, alleen het artikelnummer is gewijzigd in 153.

       

      Explosie Veiligheids Document 

      Eén van de zaken, die hieruit voortvloeien is de mogelijke verplichting voor het opstellen van een Explosie Veiligheids Document (EVD). Hierin kunnen de volgende onderwerpen aan de orde komen:

      - Bepaling en beoordeling van het explosie gevaar

      - Zonering: bepaling van de gevarenzone op grond van frequentie en duur van het gevaar.

      - Bepaling van de noodzakelijke maatregelen om tot een veilige werkomgeving te komen.

       

      Advies ATEX Zones en ATEX Richtlijnen

      Neem nu vrijblijvend contact met ons op over onze explosieveilige producten of voor een ATEX inspectie bij u op locatie. Onze specialisten staan u graag tewoord.

      Vergelijk 0

      Voeg nog een product toe (max. 5)

      Start vergelijking

      Door het gebruiken van onze website, ga je akkoord met het gebruik van cookies om onze website te verbeteren. Dit bericht verbergenMeer over cookies »